We waren zo goed bezig, echt aan het opbouwen naar een nieuwe manieren van samenwerken, meer autonomie en zelf experimenteren. En dan komt die mail van de CEO. Goed bedoeld, dat wel. Start met een pluim voor al het harde werk! En dan komt die onvermijdelijke maar… we zijn er nog niet, er moet een tandje bijgestoken worden, misschien meer focussen op dit of dat… Een bloemetje dat gegooid wordt met de bloempot nog aan.
En dat komt niet goed aan natuurlijk. Gegrommel, ontgoocheling, we dachten dat we zelf koers en focus mochten bepalen en nu neemt hij toch over. Verdorie toch. Ontgoochelde medewerkers en een gefrustreerde projectleider als gevolg. En vanuit de irritatie dreigen dan statements te komen als “ziet ge wel … het zal hier toch nooit veranderen” of “dat hij het vanaf nu allemaal zelf doet”.
Maar eigenlijk is het schitterend dat dit soort dingen gebeuren. Natuurlijk heb je bij een veranderingsproces naar meer autonomie en zelforganisatie, nog oude reflexen die soms opspelen en roet in het eten te dreigen gooien. En zijn dat nu niet net de interessante momenten in zo’n proces? De momenten waarop we merken dat we er nog niet zijn en samen met elkaar moeten zoeken welke praktijken en gewoontes we moeten doorbreken om de organisatie écht te veranderen? Fascinerend, en daarom momenten die doorbraak mogelijk maken.
Wellicht niet toevallig dat “irritant” quais rijmt op “interessant”… als we ze als synoniemen gaan gebruiken, kan wat eerst irritant is, verrassend helder aangeven waar we eerst aan moeten werken om de theoretisch gewenste verandering ook effectief te bereiken.
… en voor de anekdote, deze interessant irritante mail heeft mogelijk gemaakt om samen met de CEO en zijn management team scherp op tafel te leggen wat de eerste concrete leiderschapspraktijken zijn die we moeten veranderen als we echt willen evolueren naar meer zelfsturing en autonomie in deze organisatie.